Problematisch alcoholgebruik bij jongeren: hoe alert is de huisarts?

  1. Holtrop

 In de Proloog gaat een lid van de wetenschappelijke adviesraad, een medewerker van de  kernredactie of een auteur die door Patiënt Care daarom verzocht is, dieper in open actueel gegeven. De inhoud van de Proloog valt volledig onder de verantwoordelijkheid van de auteur en

betekent geen stelling name vanwege Patiënt Care.

 Alcohol is een potentieel gevaarlijke drug, die in onze maatschappij echter doorgaans getolereerd wordt en vaak zelfs een positief imago krijgt. Alleen wanneer zich asociaal gedrag ontwikkelt zullen afkeurende reacties de overhand nemen. In het dossier van dit nummer op blz. 41 besteden we aandacht aan het opsporen van alcoholproblematiek.

Vele negatieve effecten van het alcoholgebruik, die bij het grote publiek ook minder bekend zijn, manifesteren zich pas op lange termijn. Daarom, en met de vakantie en de lange zomeravonden voor de deur, is het misschien een uitgelezen moment om eveneens aandacht te besteden aan het alcoholgebruik bij de jeugd, mogelijk de start van een levenslange, diep ingewortelde gewoonte. Roelf Holtrop, lid van de Nederlandse redactieraad van Patiënt Care, neemt deze problematiek onder de loep.

Onlangs kreeg ik via een antiquariaat, gespecialiseerd in medische boeken, een illustratie in handen waarin de verwoestende invloed van chronisch alcoholgebruik op het menselijk lichaam wordt uitgebeeld (zie figuur). Een Nederlandse versie van deze uit een Duits werk afkomstige afbeelding sierde ook het in 1993 verschenen boek ‘Alcohol en ziekte. De weergave, die van een bijna naturalistisch fatalisme getuigt, stemt tot nadenken. De afbeel­ding illustreert de lange genese en de uitgebreidheid van aan chronisch over­matig alcoholgebruik gerelateerde ziek­tebeelden. Ook suggereert de prent dat een alcoholprobleem in de ontwikke­lingsfase van de adolescentie kan wortelen. Met enige ontroering ontwaren we een vijftienjarige jongen waarvan we ons kunnen afvragen hoe het met zijn alco­holgebruik staat en of we bij hem over­matig alcoholgebruik zouden vermoeden.

 

Screening door de huisarts?

Screenen huisartsen op het overmatig gebruik van alcohol bij adolescenten? Reageren ze alert op bepaalde signalen en richten ze hun aandacht hoofdzakelijk op case-finding? Aan de hand van welke criteria stelt een huisarts bij jongeren de diagnose alcoholabusus? Verwijst hij gericht? Maakt hij bij verwijzing nog deel uit van het veelal multidisciplinaire behandelplan? Mag van de huisarts een actieve bijdrage verwacht worden aan eventuele preventiecampagnes om habitueel overmatig drankgebruik bij adolescenten te voorkomen?

Uit onderzoek is gebleken dat huisartsen er slechts in beperkte mate in slagen om klachten van patiënten met overmatig alcoholgebruik te onderkennen en aan het alcoholgebruik te relateren. Screeningmethoden op chronisch excessief alcoholgebruik (zoals gestructureerde vragenlijsten,

face-to-face-interviews en laboratoriumonderzoek met eventuele markers voor overmatige alcoholinname) kennen niet alleen diverse methodologische problemen maar worden ook onvoldoende systematisch ingezet door huisartsen. Waarschijnlijk is de groep van mensen met problematisch drankgebruik die niet onderkend wordt groter onder jongeren dan onder volwassenen.

 

Overmatig alcoholgebruik is moeilijker te detecteren bij jongeren. Daar zijn diverse redenen voor. jongeren zijn mogelijk nog minder geneigd om op gerichte, zeer persoonlijke vragen over alcoholgebruik te antwoorden. Uit angst dat de geheimhouding van de huisarts niet tegenover hun ouders geldt, zouden adolescenten sneller sociaal wenselijke antwoorden geven. Bovendien vragen de meeste gestructureerde vragenlijstennaar de gevolgen van het langdurig overmatig gebruik van alcohol. Bij veel adolescenten bestaat het probleem evenwel nog niet zo lang dat de gevolgen waar in een vragenlijst op gezinspeeld wordt, zich kunnen manifesteren. Veel jongeren zouden deze vragen daarom ontkennend beantwoorden, zodat de omvang van het probleem misschien onderschat wordt. Ook de N HG-Standaard Problematisch Alcoholgebruik besteedt trouwens niet specifiek aandacht aan adolescente pro­bleemdrinkers

goed te voelen”, ‘drinken helpt me te ontspannen” en “drinken helpt me om vrienden te zijn met anderen die drinken”. Als drie of meer vragen positief worden beantwoord, zou nadere evaluatie van een eventueel alcoholprobleem geindiceerd zijn.

 

Klachten

Welke zijn de klachten die aan een onderliggend alcoholprobleem doen denken? De huisarts kan alcoholabusus vermoeden als een adolescent zich presenteert met klachten als slapeloosheid, hoofdpijn, moeheid, dyspepsie, chronische diarree, palpitaties en seksuele disnctie, gewichtsproblemen, angst en depressie. Ook als een jongere een trauma oploopt of betrokken raakt bij verkeersongevallen en gewelddadige ruzies, rijst de vraag of er overmatig alcohol in het spel is. Daarnaast kunnen bevindingen bij het lichamelijk onderzoek zoals hypertensie, onverklaarde tachycardie, tremor, excessief transpireren of een alcoholische fetor tot de differentiaaldiagnostische overweging van een overmatige alcoholconsumptie leiden. Probleemdrinkers die jonger zijn dan 30 jaar consulteren de huisarts frequenter dan hun leeftijdsgenoten.

 

Het belang van modellen

Naast screening en accurate diagnostiek is het belangrijk een goede inschatting te maken van de fase waarin een adolescent met een alcoholprobleem zich bevindt. Er zijn diverse psychologische fasemodellen ontwikkeld ten aanzien van verslavingsgedrag. Binnen het fasemodel van Prochaska en DiClemente staat de attitude ten opzichte van drankgebruik centraal, verbonden met de motivatie om tot een gedragsverandering te komen en deze te consolideren.

 

Conclusie

 Huisartsen die preventief en vroeg in de ontstaansontwikkeling van de probleemdrinker willen ingrijpen, zullen hun aandacht moeten verschuiven van de zichtbare patiënt naar de drinker in wording. De positie van de huisarts in de gezondheidszorg biedt een unieke kans om overmatig alcoholgebruik bij adolescenten vroeg te signaleren. Bovendien zijn huisartsen ideaal geplaatst om een actieve rol te spelen bij de begeleiding van probleemdrinkers.

 

Problematisch alcoholgebruik lijkt het resultaat te zijn van een samenspel van aanleg en omgevingsinvloeden. Mogelijk wordt dit proces al tijdens de adolescentiefase in gang gezet. Reeds in de adolescentie kunnen eigenschappen en risicofactoren onderkend worden die mogelijk tot overmatig alcoholgebruik predisponeren. Algemene kenmerken die een rol spelen zijn mannelijk geslacht, religieuze overtuiging, urbanisatiegraad van de woonomgeving, etniciteit, sociale laag en beroepsgroep. Daarnaast zijn meer specifiek persoonsgebonden kenmerken van belang, zoals een aandacht tekortstoornis of deviant gedrag, dat als een voorstadium beschouwd wordt van een antisociale persoonlijkheidsontwikkeling; deze personen zijn extra ontvankelijk voor alcoholabusus. Ten slotte wordt alcoholgebruik gestimuleerd door de experimenteerdrang die eigen is aan de adolescentie, en de nog grote invloed van de peergroep waartoe men behoort of wil behoren.

 

Vragenlijst

In de Guide to Clinical Preve Services van de US Preventive -Task Force wordt aanbevolen volwassenen ook adolescenten routine matig te screenen op.,alcoholgebruik. Dit kan hand van een zorgvuldige -door middel van een gestructureerde vragenlijst. Het standaardgebruik van chemische markers voor alcoholabusus bij asymptomatische personen wordt ontraden.

Voor adolescenten is een uit vijf vragen bestaande screeningtekst ontwikkeld: de Perceived Benefit of Drinking Scale. Hierbij stemt de jongere al of niet in met de statements “drinken helpt me te vergeten’, ‘drinken helpt me om vriendelijk te zijn’, drinken helpt me om me goed te voelen drinken helpt me ontspannen! Drinken helpt me vriend te zijn met anderen die drinken

Als drie of meer,vragen positief worden beantwoord, zou nadere evaluatie van een eventueel alcoholprobleem geindiceerd zijn.

.